We werken per week 1,5 dagen van thuis, maar willen eigenlijk 2,4

De Belg wil tussen de 2 en 3 dagen aan zijn thuiswerkbureau zitten. De grootste reden is omdat ze de verplaatsing naar kantoor willen vermijden. Wie wel naar kantoor komt, doet het vooral uit verplichting of om samen te werken met collega’s. 

HR-bedrijf Bright Plus onderzocht waar we nu, drie jaar na COVID, staan op vlak van thuiswerk in België. Ze gingen na voor hoeveel Belgische werknemers dit ook effectief mogelijk is bij hun huidige werkgever.[1] Momenteel kan 70% van hen ook van thuis uit werken, al is dit voor 13,4% alleen toegestaan in uitzonderlijke gevallen.

Vooral in Vlaanderen en Brussel is thuiswerk goed ingeburgerd. Respectievelijk 59,3% en 55,4% van de medewerkers kunnen er in normale omstandigheden thuiswerken, tegenover 39,2% in Wallonië. Slechts in de helft van de organisaties waar thuiswerk vandaag kan, was dat ook al zo voor de coronacrisis. “Aanzienlijk veel organisaties, zelfs zij die er argwanend tegenover stonden, hebben tijdens de lockdown de voordelen van thuiswerken ontdekt. Daar waar thuiswerken voor COVID niet mogelijk was, kozen veel bedrijven er na de lockdowns dan toch voor om het aan te bieden aan hun medewerkers,” stelt Linda Cappelle, General Manager van Bright Plus.

In Vlaanderen en Brussel kunnen niet alleen meer mensen van thuis uit werken, ze doen het ook vaker. Werknemers kunnen er gemiddeld 1,6 dagen per week thuiswerken, tegenover 1 dag in Wallonië. Dat brengt het gemiddelde voor België op 1,5 dagen per week.

En toch is dat minder dan het gewenste aantal dagen dat Vlamingen willen thuiswerken. De meesten zouden graag 2 of 3 dagen achter hun thuiswerkbureau zitten. Dat komt overeen met de cijfers voor Wallonië en Brussel. Gemiddeld gezien zou de Belg dus kiezen voor 2,4 dagen thuiswerk per week. Vooral in Wallonië verschillen de wensen van de realiteit.

We zien een parallel tussen het aantal werkgevers dat aangeeft dat ze hun medewerkers vertrouwen en thuiswerk. “Thuiswerk kan een strategie zijn om je medewerkers te motiveren. Als hun job het toelaat om thuis te werken en het vertrouwen is er, dan kunnen werknemers via hybride werken hun behoeften vervullen. En zo krijg je dan optimaal gemotiveerde medewerkers.” Aldus motivatie-expert Hermina Van Coillie. In Vlaanderen en Brussel, waar thuiswerk vaker mag, geven meer werkgevers aan vertrouwen in hun team te hebben (respectievelijk 81,6% en 86,2%) dan in Wallonië (64,2%).

De Belg is dus een uitgesproken voorstander van thuiswerk, en heeft daar verschillende redenen voor. Zo geeft 69% aan dat ze vooral graag thuis werken omdat ze zich dan niet hoeven te verplaatsen. Ook de balans tussen werk en privé is een belangrijke drijfveer. 52% van de respondenten zegt dat thuiswerk ervoor zorgt dat ze hun werk en gezinsleven beter kunnen combineren. Daarnaast spelen ook concentratie en afleiding een rol. 37% werkt liever thuis omdat ze zich daar beter kunnen concentreren.

Toch komen we nog naar kantoor. Al doet slechts 1 op 3 dat omdat ze het graag doen. Opvallend is dat jongere medewerkers liever naar kantoor komen dan hun oudere collega’s (41,4% tegenover 24,1%). Voor 44% van de respondenten is het een verplichting vanuit de organisatie. Daarnaast is er ook externe druk vanuit de leidinggevende en collega’s.

Maar die druk van buitenaf werkt niet volgens Hermina Van Coillie “Ik vergelijk externe druk vaak met een flitspaal. Mensen zullen het gedrag wel stellen, ze komen naar kantoor, omdat het moet. Maar niemand wordt graag onder druk gezet. Net omdat je dat wel doet is de kans groot dat ze hierdoor meer stress zullen ervaren, zich minder goed voelen en uiteindelijk zelfs minder goed presteren. De enige manier om mensen echt te overtuigen om naar kantoor te komen, is door het zinvol te maken. Leg uit waarom hun aanwezigheid belangrijk is.”

Want dat is het ook. "Naar kantoor komen brengt heel wat voordelen met zich mee op vlak van integratie met collega’s, samenwerken en brainstormen” vult Linda Cappelle aan. Dit is voor de helft van de medewerkers dan ook de reden om naar kantoor te komen. Vooral jongeren hechten belang aan samenwerken met collega’s (54,9% tegenover 45,5%).

[1] Medewerkers met een job die thuiswerk toelaat, met name bedienden met een kantoorjob, met uitzondering van ambtenaren.